Roadtrip langs dorpen en kastelen in de Vallei van de Dordogne

De Vallei van de Dordogne staat bekend om zijn vele middeleeuwse dorpjes, burchten en kastelen. Ze doemen op tussen de wijngaarden, staan fier boven op de rotsen of kijken uit over glinsterende rivieren. We nemen je mee op een roadtrip over historische wegen, langs romantische kastelen en door pittoreske plaatsjes in de Vallée de la Dordogne.

Is het nu Dordogne of Périgord?

De Dordogne Périgord is een betoverend gebied met schitterende landschappen en een rijk archeologisch, historisch en cultureel erfgoed. De regio wordt doorkruist door de Dordogne, de majestueuze rivier waaraan het departement zijn naam ontleent.

De Dordogne en de Périgord verwijzen beide naar hetzelfde gebied. De Périgord is de naam van het vroegere graafschap. Met de opkomst van het toerisme in de 20e eeuw zijn er vier deelgebieden gecreëerd met elk een eigen kleur om de landschappen te kwalificeren: groen, wit, paars en zwart.

De Périgord Vert verwijst naar de groene weidevelden in het noorden, de Périgord Blanc verwijst naar de kalkhoudende bodem rond Périgueux, de Périgord Pourpre staat voor de wijngaarden, en de Périgord Noir tot slot verwijst naar het dichte donkere bos en soms ook de truffel.

Tijdens deze roadtrip nemen we je grotendeels mee door de zwarte Périgord en volgen we de rivier de Dordogne, die van het Centraal Massief naar de Atlantische Oceaan loopt en samen met zijn stroomgebied in 2012 door de Unesco is geclassificeerd als biosfeerreservaat.

Dag 1: Périgueux aan je voeten

Périgueux – Trémolat – Limeuil (57 km)

Startpunt van onze trip is Périgueux, waar je beslist een bezoek aan het dak van de Cathédrale Saint-Front (Externe link) moet brengen. De trappen brengen je tot vlak bij de 12e-eeuwse koepels, torentjes en klokken waarvandaan je een schitterend uitzicht op de rivier de Isle, Périgueux zelf en de beboste heuvels hebt. Van een heel andere orde, maar ook hemels, zijn de lokale specialiteiten van de markt (elke woensdag en zaterdag). Aardbeien, noten en zachte schapenkaas (cabécou), maar ook foie gras en zwarte truffels.

Oude tijden herleven in het Vésunna Museum

Het Musée Vésunna (Externe link) is niet alleen een archeologisch museum gewijd aan de Romeinse periode van de oude stad Vésunna (het vroegere Périgueux), het is ook een archeologische vindplaats. Ooit stond hier een Gallo-Romeinse villa. Nu is daar een transparant en licht bouwwerk overheen gebouwd, waarin je de overblijfselen van deze villa nog kan bewonderen. De collectie van het museum vertelt meer over de levensstijl, de dagelijkse bezigheden en de vrijetijdsbesteding van de vroegere inwoners van Périgueux.

Meander van Trémolat

Neem vanuit Périgueux de N21 naar de D8 (50 km) richting Trémolat, waar de rivier de Dordogne zich in de mooiste bochten wringt. Vanaf de heuvel heb je perfect zicht op de Cingle de Trémolat, de meander van Trémolat. Na een korte pauze in Trémolat waar je de 12e-eeuwse Église Saint-Nicolas met zijn kleurrijke fresco’s kunt bewonderen, gaat de rit door naar het 7 km verderop gelegen Limeuil, dat officieel is verkozen tot een van de mooiste dorpen van Frankrijk. Limeuil ligt boven op een rotsachtige uitloper, precies op de plek waar de Vézère en de Dordogne samenkomen. Vanaf de botanische tuin van Limeuil (Externe link) op de top van de heuvel heb je daar perfect zicht op. En voor de liefhebbers van mooie tuinen nóg een tuintip: de Jardins de Chartreuse de Colombier (Externe link) in Paunat.

Dag 2: Ondergrondse ontdekkingen en lokaal erfgoed

Limeuil – Gouffre de Proumeyssac – Belvès – Château des Milandes – Beynac (50 km)

De Gouffre de Proumeyssac (Externe link) wordt ook wel de ‘Kathedraal van Kristal’ genoemd. Het is de grootste grot van de Périgord die toegankelijk is voor bezoekers. Met twee licht- en geluidsshows en indrukwekkende gewelven versierd met duizenden stalactieten is een afdaling in deze ondergrondse wereld een hele belevenis voor jong en oud.

Aan ‘plus beaux villages’ geen gebrek

De Vallei van de Dordogne is doorspekt met leuke dorpjes. Zoals Urval, een typisch ‘Périgord-dorpje’ met charmante huizen van witte natuursteen. Mis niet de romaanse vestingkerk en de 14e-eeuwse gemeenschappelijke broodoven die het nog echt doet. Eén keer per jaar gaat hij aan tijdens het jaarlijkse dorpsfestival.

Het fascinerende kasteel van Joséphine Baker

We nemen de D53 in de richting van het Château des Milandes (Externe link) , het kasteel waar de legendarische zangeres en revuedanseres Joséphine Baker gedurende twintig jaar woonde, samen met haar ‘regenboogfamilie’. Het kasteel geeft je een fascinerend inkijkje in het opmerkelijke leven van deze vrouw, die niet alleen een begenadigd zangeres, maar ook een dappere verzetsstrijdster was. Naast de veertien ingerichte vertrekken en een schitterende tuin zijn er ook roofvogelshows te zien.

Dag 3: Tijd voor wat slow toerisme

Beynac – La Roque-Gageac – Beynac (20 km)

Tijd om de wandelschoenen uit de kofferbak te halen voor een wandeling door de natuur en de geschiedenis in het gezelschap van een lokale gids (ca. 3,5 uur), inclusief kasteelbezoek! De wandeling gaat namelijk naar het op 150 m hoogte gelegen trotse silhouet van een van de meest indrukwekkende vestingen van de Périgord: het kasteel van Beynac (Externe link) . Tijdens de Honderdjarige Oorlog vormde de rivier de Dordogne de grens tussen de koninkrijken van Frankrijk en Engeland, waardoor de twee rivaliserende kastelen Beynac en Castelnaud automatisch in ‘grenswachters’ veranderden. In een halve dag neemt de gids je vanuit Beynac mee over de kleine paadjes naar de wandelgangen van het kasteel en hoor je meer over het landschap en illustere figuren als Richard Leeuwenhart.

Go with the flow op de Dordogne

Je kunt de Dordogne uiteraard ook vanaf het water ontdekken, bijvoorbeeld door langzaam de rivier af te zakken aan boord van een platbodem (Externe link) . Net als vroeger. Alleen toen werden deze boten gebruikt om goederen vanuit het achterland naar de Atlantische kust te vervoeren. Op de boot hoor je er alles over.

Struinen door de tuinen van Marqueyssac

Vanuit de hooggelegen tuinen van het kasteel van Marqueyssac (Externe link) heb je volledig rondom een waanzinnig uitzicht op de Dordognevallei. Het zijn de meest bezochte tuinen van de Périgord en dat verbaast ons niets! Ze nodigen uit tot een wandeling op de schaduwrijke paadjes boven op de klif, tussen honderden met de hand gesnoeide buxussen in de mooiste ronde vormen. Aan de zuidkant groeien de meer mediterrane soorten en aan de noordkant vooral lokale soorten, zoals haagbeuk en esdoorn. Ook voor kinderen is er van alles te doen. Er is een labyrint, een wandelroute tussen de boomtoppen en zelfs een via ferrata-route. Er zijn thematische workshops en op diverse plekken hangen hangmatten tussen de bomen om even heerlijk in weg te dromen.

Dag 4: Prachtige panorama’s

Beynac - Domme – Carsac-Aillac – Carlux – Prats-de-carlux – Château Lacypierre (50 km)

Als je de rivier de Dordogne opgaat, zie je op een gegeven moment Domme liggen, een hooggelegen bastide boven op een klif. Het stadje werd meer dan 700 jaar geleden gebouwd in opdracht van de koning van Frankrijk ten tijde van de Honderdjarige Oorlog. De bastide moest de bevolking beschermen, de economische bedrijvigheid stimuleren en toezicht houden op de nabijgelegen Engelse gebieden. Vanaf het Belvédère de la Barre heb je een panoramisch uitzicht over de vallei van de Dordogne.

De Dordogne op de gevoelige plaat

Wie ook mooie plaatjes van de Dordogne schoot, was Robert Doisneau. De beroemde fotograaf bracht zijn eerste betaalde vakanties door in de Dordognevallei, waarna hij nog vele malen terug zou komen om foto’s te maken van zijn vrienden, de landschappen, monumenten, lokale personages en onbekende personen. In 2018 werd het treinstation van Carlux (Externe link) verbouwd tot een museum om de foto's van Doisneau, maar ook van anderen te tonen.

Kasteelhoppen: van Fénelon naar Lacypierre

Het Château de Fénelon (Externe link) is een perfect bewaarde feodale burcht beschermd door meerdere dikke vestingmuren. Het kasteel staat als een wachter boven op een hoge rots in de Dordognevallei. De vele vertrekken zijn in verschillende stijlen ingericht en tonen een rijke collectie kunstwerken en voorwerpen uit vervlogen tijden.

Een lieflijke parel onder de kastelen is het Château de Lacypierre (Externe link) , idyllisch gelegen in een groene omgeving. De warme goudgele kleur van de muren en het dak van platte stenen (‘lauze’) zijn typerend voor de bouwstijl van de Périgord. De eigenaressen, Florence en Isabelle heten bezoekers van harte welkom voor een rondleiding over hun volledig gerenoveerde landgoed.

Last but not least: Sarlat-la-Canéda

Sarlat-la-Canéda, meestal kortweg Sarlat genoemd, is de hoofdstad van de Périgord Noir. Dit kleine middeleeuwse stadje oefent een onweerstaanbare charme uit op bezoekers door zijn wirwar aan kleine straatjes, de romantische gasgestookte straatverlichting en monumentale gebouwen op elke hoek van de straat. Dompel je onder in de historische binnenstad en geniet van de Franse levensstijl op de gezellige pleintjes en vele terrassen. Een fijne plek om wat langer te blijven hangen en terug te blikken op je roadtrip van de afgelopen dagen.

De Dordognevallei op de kaart